0511 - 46 12 12
Verslag van ons seminar 'Biodiversiteit in ruimtelijke projecten'

Verslag van ons seminar 'Biodiversiteit in ruimtelijke projecten'

“Wat als biodiversiteit eens bij het begin van een project op de tekentafel terechtkomt?”

‘Iets met biodiversiteit’ staat meestal wel ingetekend in ruimtelijke projecten. Maar waar te beginnen? In het seminar ‘Biodiversiteit in ruimtelijke projecten’ kregen we handvatten om verder te komen dan het bekende bloemenveldje of insectenhotel. “Op plekken waar je het totaal niet verwacht is altijd uitbreiding van een leefgebied voor plant en dier mogelijk, als je maar aansluit bij wat er in potentie is.”

Wat: Seminar Biodiversiteit in ruimtelijke projecten

Wanneer: 20 maart 2024

Waar: Biosintrum Oosterwolde

Sprekers: Elske Schut (Altenburg & Wymenga), Job Claushuis (De Schoonste Lusthof), Roelof-Jan Koops (Cruydt-Hoeck) Ragna van Sonsbeek en Linda Dekker (Frisia Groep)

Organisatie: Frisia Groep en Ranox Natuuraannemers

Hoe specifieker, hoe beter

In een dagdeel werd een basis gelegd door sprekers van Altenburg & Wymenga, De Schoonste Lusthof en Cruydt-Hoeck. Dagvoorzitter Jaap Jepma verbond de verhalen met elkaar. Hoe kun je naar een omgeving kijken? Wat zijn bodem-plantrelaties en wat vertelt een bodem over wat er wel en niet mogelijk is? Hoe bepaalt de keuze voor zaad en plantmateriaal wat je uiteindelijk kunt opbouwen in ecologisch opzicht?

Daarna werd door Natuurpro en Frisia Groep meer verteld over het gebruik maken van kennisnetwerken en het belang van opgaven verbinden. “Hoe specifieker het wordt, hoe beter”, zegt Van Sonsbeek. Dat is wat al die verhalen verbindt. Maatwerk. Daarvoor moet je je verdiepen in de omgeving en dat zijn we nog niet zo gewend. Je ziet vaak dat er algemene maatregelen worden toegepast. Als Frisia Groep werken we samen binnen een kennisnetwerk en zijn partner van Ranox Natuuraannemer. Met die gedeelde kennis kunnen we die verbindingen maken."

Verrassend ongrijpbaar

Uit de presentatie van bodemonderzoeker Job Claushuis van de Schoonste Lusthof bleek goed hoe verrassend ongrijpbaar biodiversiteit kan zijn. Veel voorbeelden van verstoorde bodems, iets waar de bebouwde omgeving patent op heeft. “En juist daar ontstaan omstandigheden voor bijzondere soorten”, zegt Van Sonsbeek. “Dan zit ergens een dikke puinlaag in de bodem, wat veel kalkminnende plantent trekt. Daar kun je op inspelen, in plaats van te proberen de verstoring van die grond op te heffen. Job benadrukt dat we juist moeten leren werken met dit soort plekken. Leer ze op waarde te schatten en probeer met die kennis het leefgebied van plant en dier te versterken. Of zoals dagvoorzitter Jaap Jepma mooi citeerde: steek je kop eens wat vaker in het zand, letterlijk.”

Ecologische bril

“Op plekken waar je het totaal niet verwacht is versterking van leefgebied mogelijk”, zegt Van Sonsbeek. Dat hoeft niet altijd met inzaaien. In de lokale zaadbank zit vaak nog genoeg, het moet alleen de juiste omstandigheden krijgen. Het gaat dus veel meer over hoe je de bestaande kwaliteiten herkent en versterkt. Bij ruimtelijke projecten denken we nog vaak over een gebied als op zichzelf staand. Als er niet veel biodiversiteit is, dan denken we dat we het daar moeten toevoegen met kunstgrepen. De presentatie van Elske Schut van Altenburg & Wymenga liet zien dat we moeten uitzoomen. Als je de ecologische bril opzet, dan ga je zoeken naar verbindingen met andere gebieden. Welke diersoorten kunnen hier in potentie leven? Hoe kunnen we stapstenen leggen om die soorten aan te trekken?” Een leefgebied moet compleet zijn. Dat betekent voorzieningen voor voedsel, veiligheid en voorplanting. Hierbij spelen verbindingen en variatie in het aanbod een belangrijke rol. Net als bij de mens eigenlijk. Wat heb je nodig om in je levensbehoefte te kunnen voorzien?

Niet heilig

Dat betekent volgens Van Sonsbeek trouwens niet dat de oorspronkelijke lokale omstandigheden daarmee heilig zijn. “Zoals Job liet zien ontstaan er interessante niches door verstoorde bodems. Maar soms zijn de omstandigheden wel echt lastig en kun je niet alleen volstaan met versterken wat er al is. Dan is er meer nodig om de biodiversiteit een boost te geven. Maar dan nog kunnen we tegenwoordig heel kien inspelen op de lokale omgeving. Uit de presentatie van Roelof-Jan Koops (Cruydt-Hoeck) bleek wel hoe belangrijk autochtoon zaadmateriaal is voor de relatie tussen bodem, plant en insect. Gelukkig zijn zaadmengsels steeds meer specifiek afgestemd op een gebied. Er zijn al 500 verschillende soorten mengsels voor gemeentes, het is maatwerk geworden.” Dan nog is het goed om er met het oog van een ecoloog naar te kijken en niet zomaar een mengsel te bestellen. Allerlei abiotische en biotische factoren hebben invloed op groei en bloei. Zaaien is geen op zichzelf staande actie, maar maakt deel uit van het geheel aan maatregelen om het leefgebied te vergroten."

Aangelegd en dan?

Als je dan je project goed hebt aangelegd, dan is het wachten op de groei en bloei. En als alles goed gaat, komen de vogels, insecten en kleine zoogdieren waarvoor je het leefgebied hebt vergroot vanzelf deze kant op. Nu is het zaak om het leefgebied in stand te houden. Hiervoor is beheer en monitoring nodig. Reken maar op minimaal vijf jaar, geeft Gert-Jan Koopman van netwerkorganisatie Natuurpro aan. Houd je in die tijd aan het beheeradvies en kijk wat er gebeurt. Wat komt er op? Gepland en spontaan? Wat komt er op af? Is alles aanwezig voor deze soorten? Geef het de kans om zich te ontwikkelen en stuur niet te snel. Zorg dus wel dat je budget reserveert voor beheer en monitoring. Kan het alleen in het buitengebied? Nee, juist in de stad liggen veel kansen. Niet alleen in de groene ruimte, maar ook met natuurinclusief bouwen. Duur? Nee, een mislukt project is duurder. Bovendien zijn er goede koppelingen te maken met andere gebiedsopgaven zoals klimaatadaptatie, watercompensatie, CO2-reductie, natuurcompensatie.

Geen hobby, maar eigenbelang

Misschien wel de belangrijkste conclusie was volgens Van Sonsbeek dat het allemaal alleen mogelijk is als biodiversiteit in een vroeg stadium op de tekentafel komt. “Nu is het vaak nog een kwestie van achteraf wat maatregelen invoegen, en dat werkt gewoon niet. Vaak worden dan ook de verkeerde keuzes gemaakt en de verkeerde belangen afgewogen. We kijken nog te veel naar biodiversiteit in een esthetisch opzicht. Of zoals Elske zei: als een ‘hobby’. Maar het is essentieel voor onze leefomgeving. Anders krijgen we problemen met luchtkwaliteit, met waterkwaliteit, met plagen. We moeten het niet doen voor de bühne, maar uit eigenbelang.”

Trots op onze projecten!

Voorzieningen voor vleermuizen bij Qbuzz

Ecologisch maaien in Haren

Ecologische herinrichting van De Hoeptuin

Partners zijn wij van...

Waarmee kunnen we je helpen?

  • Vacature!

    Voor onze specialisatie groene daken zoeken we op korte termijn een projectleider. Heb jij ervaring in het aansturen van technische projecten? We bieden je een veelzijdige baan (40 uur) met vrijheid en aansprekende projecten.

    Bekijk vacature